Steeds vaker gebruiken bedrijven en zzp’ers of toch werknemers, platformen om werkzoekenden en bedrijven met elkaar in contact te brengen. En dat levert onduidelijkheid op: zijn deze werkzoekenden zelfstandigen of zijn zij in loondienst? En wie of wat mag deze kwestie aankaarten? Een rechter oordeelde in september 2021 dat Uber een werkgever is en zich aan de cao Taxi moet houden. En in maart 2023 oordeelde de Hoge Raad dat de pizzakoeriers van Deliveroo inderdaad werknemers zijn, zoals FNV stelde, en geen zelfstandig ondernemers, zoals Deliveroo stelde. Onlangs heeft de rechter een tussenvonnis geveld in opnieuw een van de vele zaken tegen platforms waarbij het ging over schijnzelfstandigheid maar ook over wie dit namens de werkzoekenden kan aankaarten.
FNV en CNV spanden een zaak aan tegen Temper. Temper is een platform waarop horecagelegenheden en werkzoekenden met elkaar in contact worden gebracht. De betaling verloopt ook via Temper. FNV en CNV wilden een uitspraak van de rechter dat Temper een uitzendbureau is. En geen bemiddeling voor zelfstandig ondernemers. Want, zo stellen zij, als je via Temper in de bediening van een restaurant gaat werken, ben je geen ondernemer maar gewoon in loondienst.
Temper stelde dat FNV en CNV helemaal geen recht van spreken had over de situatie van de Temper- werkers. Uit hun eigen onderzoek bleek dat 85 procent van de door Temper ondervraagde werkers de collectieve actie van FNV en CNV niet in hun belang achtte. En dat zij ook geen mogelijkheid hadden om niet vertegenwoordigd te willen worden door FNV en CNV in deze zaak. Temper stelde ook dat de vakbonden bijna geen leden hebben onder de Temper-werkers en dat de Temper-werkers niet geloven dat de FNV en CNV hun belangen begrijpen laat staan deze te behartigen.
De rechter ging op dat laatste niet in maar was het wel met Temper eens dat de Temper-werkers zich moeten kunnen uitspreken over de vraag of ze wíllen dat FNV en CNV hun belangen behartigen in een massaclaim. In het tussenvonnis van 11 oktober bleek, dat de overweldigende meerderheid van Temper-werkers niet wil dat FNV en CNV hun belangen behartigen. De rechter heeft dan ook dat deel van de massaclaim van FNV en CNV, dat specifiek ingaat op de Temper-werkers, beëindigd. Die uitslag is natuurlijk een klap in het gezicht van FNV en CNV, en illustratief hoe veel mensen die niet in loondienst werkzaam zijn, tegen vakbonden aankijken. Als mastodonten die vernieuwing van de arbeidsmarkt tegen willen gaan. Maar tegelijkertijd laat het zien dat de huidige wetgeving snel moet worden aangepast over wanneer je in loondienst bent en wanneer niet.
Want daarnaast erkende de rechter dat FNV en CNV een zaak voeren voor een rechtvaardige arbeidsmarkt. Die strijd is algemener van aard en dat deel van de rechtszaak kan wel doorgaan. Ook wij van AVV vinden daar wat van. Het beste voorstel voor duidelijkheid staat in het rapport ‘In wat voor land willen wij werken?’, ook wel het rapport Borstlap genoemd. Daar worden de verschillende contractuele vormen om te werken tot drie ‘rijbanen’ beperkt: arbeidsovereenkomst, uitzendovereenkomst of opdrachtovereenkomst (werken als zzp'er).
Specifiek is het uitgangspunt bij zogeheten ‘arbeidsrechtelijke driehoeksverhoudingen’ (hier bijvoorbeeld: restaurant-werkzoekende-Temper) dat het uitzendwerk is, met enkele specifieke uitzonderingen. Bij een platform kan de uitkomst zijn dat het een werkgever is (zoals bij Deliveroo en Uber gebeurde), maar het kan ook anders uitpakken. Van belang is dus dat deze helderheid er snel komt. AVV steunt dan ook de invoering van de aanbevelingen uit het rapport Borstlap.