AVV: de democratische vakbond

Nieuw Sociaal Akkoord AVV met ONL

Als AVV hebben we de afgelopen weken intensief overleg gevoerd met ONL. ONL staat voor Ondernemend Nederland, en is ooit opgericht door Hans Biesheuvel, die daarvoor voorzitter was van MKB Nederland. Hij gaf die functie op omdat hij vond dat MKB Nederland volledig werd gedomineerd door VNO-NCW, waardoor uitsluitend grote ondernemingen de dienst uitmaken, en de stem van het midden- en kleinbedrijf eigenlijk niet gehoord wordt.

Sindsdien nodigt de Tweede Kamer met enige regelmaat ONL uit bij hoorzittingen over relevante onderwerpen. In die zin speelt ONL in het landschap van werkgeversorganisaties een zelfde soort rol als AVV in het landschap van werknemersorganisaties.

AVV en ONL hebben twee keer eerder een zogeheten Sociaal Akkoord gesloten, in 2017 en in 2021. Vooral dat van 2017 was succesvol. FNV lag toen in duigen en was niet on speaking terms met VNO-NCW. De latere minister Koolmees, die toen een van de twee leden van de D66 formatie-delegatie was, heeft dit akkoord uitgeprint en op de formatietafel uitgedeeld: ‘Goed om te zien dat er nog partijen in de polder zijn die wel met elkaar praten. Dit is de uitkomst. Zo maar doen dan?’. (Bron: Het polderkartel, p. 146). Daarmee had AVV een grote en buitenproportionele invloed op de totstandkoming van de WAB, de wet Arbeidsmarkt in Balans.

Het goede nieuws is, dat AVV en ONL nu weer een Sociaal Akkoord 2023 hebben gesloten. De inhoud ligt dicht bij die van 2021, en borduurt verder op het rapport Borstlap van januari 2020, getiteld In wat voor land willen wij werken?. Dat rapport concludeerde op basis van veel vergelijkend cijfermateriaal met andere Europese lidstaten dat de flexcontracten in Nederland veel te flexibel waren en de vaste contracten te vast. Net wat AVV al riep bij de oprichting in 2005.

Het Sociaal Akkoord 2023 sluit nauw aan bij het rapport Borstlap. Het bevat afspraken dat de veelheid aan flexibele contractvormen worden teruggebracht tot één: het uitzendcontract, dat bovendien sterk wordt ingeperkt in de duur van het uitzenden. Het bevat daarnaast afspraken om het vaste contract meer in balans te brengen met de rest van Europa. De belangrijkste zijn dat de duur van de loondoorbetaling bij ziekte teruggaat van twee jaar naar één jaar (ter vergelijking: in Duitsland betalen werkgevers zes weken door bij ziekte, en in Oostenrijk twaalf weken). Tenslotte bevat het Sociaal Akkoord een uitwerking van een ander voorstel van Borstlap, om werkgevers meer wendbaarheid te geven binnen de vaste arbeidsovereenkomst, om fluctuaties in de vraag naar producten en diensten op te kunnen vangen. Zo zouden werkgevers volgens Borstlap eenzijdig de arbeidsomvang, salaris, functie, werklocatie en arbeidstijden moeten kunnen aanpassen in economisch zwaar weer. AVV en ONL hebben dit voorstel uitgewerkt en zijn overeengekomen dat werkgevers in economisch zwaar weer de arbeidsomvang van fulltimers met een vast contract gedurende maximaal zes maanden kunnen verkleinen tot 80%. Om werknemers in staat te stellen een buffertje op te bouwen om die 20% op te vangen, kan dit maximaal eens per 36 maanden en alleen bij werknemers die minimaal anderhalf keer het wettelijk minimumloon verdienen.

Met al deze afspraken gezamenlijk komt er meer balans op de arbeidsmarkt: flex wordt dan een stuk vaster, en vast wordt een beetje flexibeler. Op alle punten bewegen we dan meer naar het Europees gemiddelde toe.

AVV en ONL zullen dit Akkoord de komende tijd aan de diverse fracties aanbieden, in de hoop dat het weer in een volgend regeerakkoord terechtkomt.

Lees de akkoorden hier:
Sociaal akkoord 2017
Sociaal akkoord 2021
Sociaal akkoord 2023

22 december 2023

© 2017 AVV - PrivacyDisclaimer

Verenigingenweb
Cancel